Het gaat goed met de visstand
Waterschap Hollandse Delta doet elke zes jaar onderzoek naar de visstand in het werkgebied op de Zuid-Hollandse eilanden. Het water moet voldoen aan de speciale Europese waterkwaliteitseisen van de KaderRichtlijn Water. In 2013 zijn er monsters genomen in 40 waterlichamen.
Zoetwater
Van de 26 zoete wateren, kanalen, sloten en meren hebben er, aan de hand van de resultaten van het onderzoek, 11 een goede visstand. Vijf scoren er bijna goed. De meeste goede scores zijn gemeten in de wateren in de Hoeksche Waard. Dat komt omdat er op dit eiland een breed assortiment vissoorten is aangetroffen, waaronder snoek, zeelt, baars, blankvoorn en rietvoorn. De minder goede scores worden vooral veroorzaakt doordat er in verhouding met andere vissoorten nog te veel brasem en/of karpers aanwezig is.
Brakwater
Hollandse Delta telt ook 15 waterlichamen die vallen in de categorie zwak brakke wateren. Deze liggen op Goeree-Overflakkee. Ook daar gaat het goed met de visstand. In zes waterlichamen scoort de visstand goed. De aanwezigheid van de trekvissen aal en driedoornige stekelbaars zorgen voor de score goed. In de andere zeven waterlichamen is de score bijna goed. Ook in die wateren is er in verhouding met andere soorten vissen nog te veel brasem en/of karpers aanwezig. Bovendien lijkt het erop dat in een aantal watergangen op Goeree-Overflakkee, Voorne-Putten en IJsselmonde een omslag gaande is in het doorzicht van het water van troebel naar helder en plantenrijk water. Waterplanten zorgen voor helderder water, voedsel, paai- en schuilmogelijkheden voor vis waardoor de visstand verrijkt wordt met diverse plan minnende vissoorten, zoals snoek, baars en blankvoorn.
Donderdag 21 augustus 2014